“Want wat is een gevleugeld paard kennen anders dan bevestigen dat het paard vleugels heeft? Als de geest dan ook behalve het gevleugelde paard niets anders kende, zou hij het als aanwezig beschouwen, en geen enkele aanleiding hebben om aan het bestaan ervan te twijfelen, noch over enig vermogen beschikken om er niet mee in te stemmen, tenzij de voorstelling van het gevleugelde paard verbonden zou zijn met een idee dat het bestaan van dit paard zou opheffen, of als de geest zou bemerken dat zijn idee van een gevleugeld paard inadequaat was; pas dan zal hij het bestaan van dit paard noodzakelijk ontkennen of in twijfel trekken.” (Spinoza, Ethica II, stelling 49, opmerking.)




Reacties

Populaire posts van deze blog